Beste romans 2009

Welke Vlaamse en Nederlandse romans zullen dit jaar overleven? Als we de Knack-recensenten mogen geloven, maken volgende boeken een goede kans:

• 'De bewaker' / Peter Terrin. Onderkoeld meesterwerk over twee mannen die in een ondergrondse parkeergarage elkaar begluren en ondertussen wachten op de messias.
• 'De terugkeer van Lupe García' / Carolina Trujillo. Deze intense, bij vlagen hilarische roman maakt pijnlijk duidelijk hoe de Zuid-Amerikaanse kinderen van de revolutie de strijd van hun ouders verwerken - of beter: niet verwerken. Bijzonder meeslepend.
• 'J. Kessels: the novel' / P.F. Thomése. Een mislukte aflevering van Derrick, gedrenkt in de walm van frikadellen, dood bier, shag en stront. En juist daarom superieure slapstick. Geschreven door een intellectueel die zich met genoegen neerzet als een morsige viespeuk.
• 'Terug naar Walden' / Walter van den Broeck. Een knotsgekke allegorie over de huidige banken- en vooral zincrisis.
• 'Caesarion' / Tommy Wieringa. Met treffende beeldspraak vangt Wieringa het vlieden van de tijd terwijl hij ondertussen zijn rusteloos hoofdpersonage over de aardbol jaagt op zoek naar zichzelf - en de verloren tijd. Nu al een tijdloze klassieker.
• 'Wij' / Jeroen Olyslaegers. Van de talrijke Vlaamse vaderromans die het voorbije jaar verschenen, schreef Jeroen Olyslaegers met 'Wij' zonder twijfel de meest pregnante. Een roman die laat zien hoe het persoonlijke in het politieke schuift, splijtend in de dialogen en uitgesproken filmisch.